'Allemaal Haarlemmers'

Piet van Heems - herverwerker

't Is jammer dat mensen alles maar aan de straat zetten, tegenwoordig. Daar heb ik wel wat aan, want zo kom ik aan van alles. Die stellingen, bijvoorbeeld. Maar ook stofzuigers. Die vind je prima in orde op de stoep. Er moet alleen een nieuw snoertje aan. Geloof je dat? En nog veel meer materiaal. De gekste dingen. Moertjes, bouten. Mensen hadden meer respect voor dat soort dingen, vroeger. Hoewel, ik heb eens een keer een kwartier naar een Engels moertje lopen zoeken voor iemand. Daar vroeg ik twee vijftig voor, toen werd-ie boos. Die heb ik de tent uitgeschopt. Maar voor de rest help ik iemand als dat kan. Je zegt 't maar. Vroeger was er hier een heleboel meer bedrijvigheid, ook. De Spaarnwoudestraat, allemaal winkeltjes, waren dat. Bakker, slagerijen, verfzaak, horlogemaker, noem maar op. Dus het was anders, vroeger, je had elkaar meer nodig. Het zijn allemaal lage huurhuisjes, mensen hadden alleen maar elkaar. Wij woonden met drie gezinnen in een bovenhuis. We kregen telefoon omdat mijn zwager dat zo nodig vond. Die had er dan geld voor over. En er was hier een man, die heette Frits Donders, dat was een oud leidekker, en die had een tuinbedrijfje opgezet, en kaartjes laten drukken met ons telefoonnummer. Dan kregen wij telefoon, en dan gingen wij z'n vrouw halen, en dan was het 'Lies, d'r is telefoon', voor dat tuinbedrijf. Wij hadden als eerste in de straat televisie. Als het voetbal was, dan kwamen allemaal ouwe kereltjes uit de buurt rondom zitten, en die namen wat mee, de één een borrel, de ander wat te eten. Zat je dus met z'n allen naar voetbal te kijken. Zo was het vroeger. Maar ik vind het nog steeds een prachtstad, Haarlem. Ik ben hier vrij, ik kan doen wat ik wil.


Back